DE SNEEKSE SNIKKELSNIJDER

Kijk hem snuffelen met zijn snoeimes
's Nachts in Sneek ziet men hem vaak
't Is de Sneekse snikkelsnijder
't Is een hele snode snaak

Als u 's nachts soms ligt te snurken
Snukt de snuiter aan de bel
Ik ben de Sneekse snikkelsnijder
En uw snikkel sneuvelt snel

Waarom snijdt de snuiter snikkels
Snikt en snottert jong en oud
't Is omdat de snoodaard snikkels
Als een snuisterij beschouwd

't Is wel sneu voor Sneekse snikkels
Maar hij snoeit en snuit voldaan
Snikkels blinken snikkels klinken
Ruisend ruisend valt het graan

Sneek ach Sneek is voor een snoepreis
Niet zo snoezig als het leek
Want de Sneekse snikkelsnijder
Snuffelt, snaait en snoeit door Sneek
En de bond van Sneekse snollen
Is wellicht het meest van streek

Ivo de Wijs, Het gaat goed met Nederland (2001)

INEENS

Twee dagen terug speelde ik op de bank met K.
een potje scrabble. Een gewone woensdagavond.
Het eerste woord van K. was 'touw'.
Ik volgde met 'tijdschrift'. Toen volgde K. met
'eenzaam', 'verlaten', 'dood', 'koud', 'angst'.
Hij won.

De dag daarop kwam ik zijn nieuwe aquarium
bezichtigen. Hij stond in de gang met twee
verschillende touwen in zijn handen en vroeg:
'Welke is het stevigst?'
Ik koos het touw in zijn rechterhand.

Vanmorgen kreeg ik het telefoontje van
de moeder van K.
Zo overstuur

Lernert Engelberts, Oedipus werpt jongen (1996)

ZIJ DIE VIELEN

Op een glooiing langs de weg
Ergens tussen Verdun en Metz
Liggen onder zwarte kruizen
Naast vele 'unbekantte' Duit-
Schers ook Max Rust en Karl
Knoche voor lul het Laatste
Oordeel af te wachten met

Naast zich Kurt Engel en
Oswald Granat en Friedrich
Held en Emil Waghals dáár
Weer naast en iets verderop
Heinz Pardon en Oskar Fried-
Hof en Gottlob Puf die uit
Gerekend kanonnier was en

In 't enige door bloemen ge-
Markeerde graf Otto Blümchen
Geflankeerd door - zonder
Dollen - Ernst Kopfschusz
En Franz Schlemiel met dáár
Weer naast - o ironie - the
One and only Jakob Krieg.

Jules Deelde, Transeuropa (1995)

Anti-skimmen

Brainstorm uitkomsten over hoe op betrekkelijk eenvoudige wijze het skimmen van betaalautomaten tegen te gaan moet zijn.

01) Vervangen van de magneetstrip door de EMV-chip
Dit is de meest betrouwbare wijze, maar laat zo te zien nog wel een paar jaar op zich wachten.

02) Vervangen van de "mondjes"
Skimmem gebeurt door het aanbrengen van een extra voorzetmondje. In ATM's in Thailand bijvoorbeeld, is de opening volledig verwerkt in de ATM zelf. De opening zelf is net groot genoeg om er een pas in te steken en biedt dus geen ruimte om daar nog iets tussen te zetten.

03) Controle van de "mondjes"
Als in de ATM verwerken geen oplossing is, kunnen mondjes worden voorzien van een signalering die aangeeft of de mond afgenomen is. De ATM kan dan een alarm afgeven en zichzelf uit zetten, totdat een controle is uitgevoerd.

04) Essentiële elektronica verwijderen
Voor automaten bij winkeliers kan de meeste essentiële elektronica verwijderd worden voor de nacht en worden opgeslagen of meegenomen door de manager. Na herplaatsen en aanmelden kan de software zichzelf controleren of er mee geknoeid is.

05) Detectie bij mogelijke sabotage
De meeste ATM's zitten in een nis. Het is mogelijk om te detecteren of er iemand met hoofd of hand in die nis zit. Als dit lange tijd gebeurt terwijl er geen valide transacties plaatsvinden, dan vindt er vermoedelijk sabotage plaats. Met de camera kan eventueel poolshoogte worden genomen. De ATM kan zichzelf uitschakelen totdat een controle is uitgevoerd.

06) Extra codes
Er kan om extra codes gevraagd worden. Te denken valt aan: dag & maand verjaardag (eigen, partner, ouders, kinderen); laatste 4 cijfers telefoonnummer enz. De pincode is bij skimmen dan misschien wel bekend en ook het antwoord op een vraag, maar als er 10 van dat soort vragen zijn (eenvoudig te onthouden voor de gebruiker), dan moet de skimmer maar hopen dat hij net dezelfde vraag krijgt als toen de skimming plaatsvond.

07) Transactie nummers
Zodra een transactie plaatsvindt kan een volgnummer op de pinpas geschreven worden. Dit nummer moet dan overeenkomen met het volgnummer in de database. Bij een volgende betaling wordt eerst het volgnummer gecontroleerd. Hiermee is een geskimde pas alleen bruikbaar zolang de echte gebruiker geen nieuwe transactie heeft uitgevoerd. In combinatie met (06) een goedkope en zeer betrouwbare oplossing.

08) Standaard profiel van de opnames (1)
Het is mogelijk om per pas een profiel van de opnames te maken. Bijvoorbeeld altijd 100 euro op maandag of dinsdag etc. Als plots een opname gedaan wordt die teveel van het profiel afwijkt, kan om de invoer van een extra pincode gevraagd worden, vergelijk de PUK code van een telefoon.

09) Standaard profiel van de opnames (2)
Naast een extra pincode, kan ook door de gebruiker aangegeven worden wat zijn standaard opname gedrag is. Wijkt dit af dan stuurt de bank een code naar een mobiel nummer. Deze code moet dan extra worden ingevoerd.

10) Beperken op te nemen bedragen.
Het moet mogelijk zijn om via internetbankieren een bepaald bedrag beschikbaar te stellen voor pinopnames. Hiermee kan de klant zorgen dat er nooit meer geld beschikbaar staat dan hij op korte termijn nodig heeft.

11) Gebruik extra reader
Voor internetbetalen heeft iedere gebruiker een of andere reader tot zijn beschikking. Deze reader zou ook gebruikt kunnen worden om extra tijdelijke codes te genereren die ingetikt moeten worden bij een ATM.

12) Gebruik vingerafdrukken
Zo'n beetje iedere laptop die tegenwoordig wordt afgeleverd heeft een apparaatje om de laptop te beschermen dmv biometrische gegevens. Zo'n apparaatje kan ook in iedere ATM worden ingebouwd.

13) Onderscheppen draadloze verbinding
Wanneer een pas wordt geskimmed, wordt de informatie draadloos doorgestuurd naar de criminelen. Het moet mogelijk zijn deze draadloze verbinding op te laten sporen en te storen zodat de criminelen geen of halve informatie ontvangen.

Inburgeringstoets; Kennis van de Nederlandse samenleving

  1. In welk deel van de wereld ligt Nederland?
  2. Welk land ligt ten zuiden van Nederland?
  3. Welk land ligt ten oosten van Nederland?
  4. Welk land is groter, Nederland of Marokko?
  5. Welk land is kleiner, Nederland of Turkije?
  6. Wat betekent Nederland?
  7. Kijk naar de foto, wat is dit?
  8. Wat gebeurt er als er geen dijken zijn?
  9. Noem een grote stad in de Randstad.
  10. In Nederland wonen daar veel mensen of weinig mensen?
  11. Wat is de hoofdstad van Nederland?
  12. In welke stad zit de regering?
  13. Waar woont de koningin?
  14. Waar ligt de grootste zeehaven?
  15. Hoe heet de nationale luchthaven?
  16. Waar ligt Schiphol?
  17. Wie helpt u als u in Nederland aankomt?
  18. Is Nederland vaak nat of droog?
  19. Als u naar Nederland komt, moet u dan opnieuw uw rijbewijs halen?
  20. In Nederland, zijn de wegen daar rustig of druk?
  21. In Nederland, zijn er veel fietsen of weinig fietsen?
  22. Wat is typisch Nederlands in het verkeer?
  23. Leven Nederlanders veel binnen of buiten?
  24. Wie ziet u op het plaatje?
  25. Was de koning van Spanje protestant of katholiek?
  26. Hoe lang duurde de oorlog met Spanje?
  27. Hoe lang bestaat de Nederlandse staat ongeveer, vijftig jaar of vierhonderd jaar?
  28. Waren de VOC schepen voor de visvangst of voor de handel?
  29. Wie schilderde dit schilderij?
  30. Is er in Nederland scheiding van kerk en staat?
  31. Door welk land is Nederland bezet tijdens de Tweede Wereldoorlog?
  32. Welke grote stad is in 1940 gebombardeerd?
  33. Waarom is Anne Frank beroemd?
  34. Welke kolonie van Nederland wordt onafhankelijk vlak na de Tweede Wereldoorlog?
  35. Uit welk land kwamen veel gastarbeiders, uit Turkije of uit Engeland?
  36. Welke kolonie van Nederland wordt in 1975 onafhankelijk?
  37. Wie zijn dit?
  38. Uit welk land komt prinses Maxima?
  39. Hoe heet de kroonprins?
  40. Is Nederland een democratie?
  41. In welke stad zit het parlement?
  42. Wat is de belangrijkste wet in Nederland?
  43. Wie is de voorzitter van de raad van ministers, de minister president of de koningin?
  44. Wie vergaderen in deze zaal?
  45. Hoe vaak zijn er verkiezingen, elke vier jaar of elke zes jaar?
  46. Hoe oud moet u zijn om te mogen stemmen?
  47. Heeft Nederland één politieke partij of meer politieke partijen?
  48. Wat is de functie van deze man?
  49. Is discriminatie strafbaar of toegestaan?
  50. Hebben vrouwen méér rechten dan mannen of dezelfde rechten?
  51. Mogen vrouwen in Nederland zelf kiezen met wie ze willen trouwen?
  52. Is het discrimineren van homoseksuelen strafbaar of toegestaan?
  53. Heeft Nederland één staatsgodsdienst of zijn er veel godsdiensten?
  54. Zijn de kranten, radio en televisie vrij in hun mening?
  55. Heeft Nederland veel televisiekanalen of is er één staatstelevisie?
  56. Is homoseksualiteit toegestaan of strafbaar?
  57. Is wapenbezit zonder vergunning toegestaan of strafbaar?
  58. Is vrouwenbesnijdenis toegestaan of strafbaar?
  59. Is slaan van vrouwen toegestaan of strafbaar?
  60. Hebben alle mensen in Nederland hetzelfde geloof?
  61. Welke taal spreken de mensen in Nederland?
  62. Is het belangrijk om snel Nederlands te leren?
  63. Wat leert u in de Nederlandse taalles?
  64. Moet u voor een taalcursus betalen of is het gratis?
  65. Wie betaalt de taalcursus, de school of uzelf?
  66. Gaan in Nederland alleen kinderen naar school of ook volwassenen?
  67. Worden verjaardagen in Nederland gevierd?
  68. Als u bij iemand op bezoek gaat, maakt u dan meestal een afspraak of loopt u zomaar naar binnen?
  69. Opa's en oma's wonen die bij hun kinderen of wonen ze apart?
  70. Waarom is het goed om met kinderen naar de Nederlandse televisie te kijken?
  71. Wie is verantwoordelijk voor wat kinderen doen: de school of de ouders?
  72. Hoe oud zijn de meeste kinderen als ze naar school gaan?
  73. Vanaf welke leeftijd is onderwijs verplicht?
  74. Tot welke leeftijd is onderwijs verplicht?
  75. Leren kinderen als ze spelen?
  76. Wie kiest de school voor het kind: de ouders of de gemeente?
  77. Zijn er op school aparte klassen voor jongens en voor meisjes of zitten ze samen in één klas?
  78. Dragen kinderen op school een uniform?
  79. Wat doet de jongen achter de computer, leren of spelen?
  80. Voortgezet onderwijs is dat voor kinderen vanaf vier jaar of vanaf twaalf jaar?
  81. Gaan alle kinderen vanaf twaalf jaar naar hetzelfde soort onderwijs, of zijn er twee richtingen?
  82. Tot welke leeftijd moeten kinderen naar school?
  83. Vanaf welke leeftijd mogen jongeren hun eigen keuzes maken?
  84. Uzelf verzekeren tegen ziektekosten, is dat verplicht of vrij?
  85. Wie betaalt uw verzekering tegen ziektekosten: de gemeente of uw partner?
  86. Als u ziek wordt, waar gaat u dan naar toe? Naar de huisarts of naar het ziekenhuis?
  87. Waar haalt men medicijnen op recept? Bij de drogist of bij de apotheek?
  88. In noodgevallen, waar gaat u dan naar toe, naar het ziekenhuis of naar de drogist?
  89. Waar werken de meeste specialisten?
  90. Voor wie is het consultatiebureau, voor grote kinderen of voor kleine kinderen?
  91. Wie werken er in Nederland, alleen mannen of mannen én vrouwen?
  92. Wanneer moet u werk gaan zoeken, zo snel mogelijk of later?
  93. Waar is steeds minder werk te vinden: in de industrie of in de zorg?
  94. Waar is veel werk te vinden: in de landbouw of in de zorg?
  95. Wat is makkelijker te vinden: werk in de beveiliging of in de landbouw?
  96. Hoe vindt u gemakkelijker werk, via familie of via de krant?
  97. Waar kunt u zich inschrijven als u werk zoekt, bij een school of bij een uitzendbureau?
  98. Geeft men elkaar bij dit gesprek eerst een hand of gaat men direct zitten?
  99. Krijgt u in Nederland een uitkering of moet uw partner voor u zorgen?
  100. Is het leven in Nederland duur of goedkoop?

Inburgeringstoets; Kennis van de Nederlandse taal

Onderdeel A, zinnen nazeggen.
Het moet in januari klaar zijn
Daar gaan we de volgende les mee verder
De aardappels zijn op
Dat kan iedereen wel zeggen
Daar heb ik nog nooit van gehoord
Door de harde regen zijn veel planten doodgegaan
Twee is teveel
Onderdeel B, vragen
Is een auto om in te rijden of om te koken?
Moet je melk eten of drinken?
Wat is langer, een arm of een been?
Fiets je op een rivier of op een pad?
Hoeveel kwartier is 1 uur?
Heeft een groot gezin veel of weinig kinderen?
Hoe heet het gebouw waar kinderen les krijgen?
Wie woont op een boerderij?
Onderdeel C, zinnen nazeggen
Het is niet helemaal gegaan zoals we gewenst hadden
Heb je een pen bij je?
Dat kun je op je vingers natellen
Dat kan wel kloppen
De volgende keer betaal ik
Ik moet een nieuwe bril
Heb je terug van 50?
Onderdeel D, tegenstellingen
Arm
Ochtend
Laatste
Oorlog
Achterin
Gister